Josevanrosmalen.nl

Aapologie

 

Er waren eens twintig apen die gelukkig leefden in hun apenkolonie. Zij besteedden hun dagen met spelen, achter hun oren krabben en het eten van bananen. Als een aap zich op een dag niet zo best voelde, dan rustte hij wat uit of maakte een praatje met een andere aap; zo kwam hij er dan wel weer  bovenop.

Tot er op een dag een slingeraap kwam, die meende dat de problemen nooit fundamenteel werden aangepakt, ‘alles blijft steeds maar bij het oude, terwijl vernieuwing hard nodig is.’ Hij krabde zich op de kop en maakte een nieuwe structuurschets in het zand. ‘De basisbehoeften van de aap vormen het uitgangspunt voor de ideale kolonie; ik ben bereid om als jullie probleembegeleider op te treden. Het kost jullie maar een banaan per maand en het biedt voor ons allen een stuk duidelijkheid!’

De bavianen, gorilla’s, de oude orang-oetan en de chimpansees probeerden de gedachtesprongen van de slingeraap te volgen. Het klonk wel veelbelovend en de apen stemden in meerderheid voor het plan. Alleen de bavianen die om hun behoudzucht bekend staan, waren tegen. De slingeraap kreeg het druk en had helemaal geen tijd meer om bananen te plukken. Na verloop van tijd legde hij zijn analyse op tafel. ‘Er is een grote onderhuidse problematiek, die ik op het spoor ben gekomen, ik moet mij hier volledig voor kunnen inzetten. Ik heb dan wel meer bananen nodig.’

De apen besloten dat de slingeraap meer tijd moest krijgen voor zijn werk. Bovendien werd er een begeleidingscommissie gevormd waarin drie andere apen zitting namen. De problemen zouden nu nog beter kunnen worden aangepakt. Het duurde tot de derde volle maan totdat de begeleidingscommissie aan de andere apen rapporteerde. ‘Er is veel werk verzet, maar de stroom aanvragen die we moeten laten liggen, groeit’ Bovendien bleek er een verschil van visie binnen de begeleidingscommissie te zijn. De commissie vond het daarom nodig om de probleembegeleider en de commissie meer ondersteuning te bieden. ‘Daarvoor moet een aap worden vrijgesteld.‘ Het klonk overtuigend, maar zou het niet te veel  bananen kosten? ‘De complexiteit van het werk vergt het,’ zo zei de voorzitter van de begeleidingscommissie. Geen aap durfde het woord apekool in de mond te nemen!

Alleen de oude orang-oetan zei  ‘ik herinner me nog de tijd dat er niet aan onze problemen werd gewerkt, en toch losten ze zichzelf op. Waar is die goede oude tijd gebleven?’ Ga jij maar buiten het bos staan brommen’, zei de probleembegeleider boos. De orang-oetan mokte verder in stilte… Hij had het vast verkeerd begrepen!

 

© José van Rosmalen

opgenomen in bundel 'over grenzen